woensdag 26 september 2012

Opbrengstgericht werken met ICT


Opbrengstgericht werken met ICT

Op de basisscholen hebben ze het steeds over het verbeteren van het onderwijs. Er wordt naar een goed systeem gezocht en dit verandert ook nog eens om de zo veel jaar. Waar heel veel basisscholen zich steeds meer mee bezig houden is het opbrengstgericht werken; zo ook op mijn stageschool.
Het opbrengstgericht werken is het inzichtelijk maken van de doelstellingen van een school op onderwijsgebied, het volgen van de prestaties van die school (vooral leerlingen); zo kan worden bepaald wat goed gaat en wat beter kan. Dit opbrengstgericht werken is hip! Er worden workshops, studiedagen en lezingen georganiseerd. Iedereen heeft het over het verbeteren basisvaardigheden. Je ziet deze werkvorm terug bij steeds meer scholen. Ook ligt dit opbrengstgericht werken steeds onder druk. Het wordt steeds aangepast en er wordt, door onder meer het Ministerie van Onderwijs, steeds gekeken naar hoe kunnen we de prestaties van de leerlingen verhogen.

Gebruik van ICT
Er zijn voor leerkrachten vernieuwende tools om de prestaties en toetsing goed in beeld te krijgen. Een leerlingvolgsysteem lijkt de oplossing bij het opbrengstgericht werken. Zelf heb ik goede ervaringen met DotCom en Eduscope. Ik vind ze efficiënt, overzichtelijk en vooral tijdsbesparend (wat erg belangrijk is) voor de verwerking van de toetsgegevens. Ik vind zo’n leerlingvolgsysteem erg handig en heeft absoluut een meerwaarde bij het opbrengstgericht werken.
Op basis van de Cito-toetsgegevens wordt er op individueel en op groepsniveau geanalyseerd. Je kunt bijvoorbeeld in één oogopslag zien waar er groei of achteruitgang is geweest. Op basis van zo’n analyse worden nieuwe doelen gesteld en bij een volgende toetsafname worden deze teruggekoppeld.

Vaardigheden van de leerkracht
Deze vrij nieuwe ontwikkeling binnen het onderwijs eist wel van een leerkracht extra vaardigheden. ICT maakt het lesgeven gemakkelijker en de betrokkenheid van de kinderen is hierbij hoger. De vraag is altijd; Welke kennis en vaardigheden moet de leerkracht hebben bij het gebruik van ICT?
Nu hebben we deze week op school een nieuw model aangeboden gekregen, dat hier veel mee te maken heeft; het TPack-model. TPack richt zich op de ICT vaardigheden van de leerkracht. Vaardigheden op het gebied van: didactiek, vakinhoud en ICT. En dan gaat het zich om de perfecte combinatie tussen deze vaardigheden. Vanuit de vakinhoud (content) wordt gekeken hoe je ICT kan inzetten in een les.

Ontwikkelingen binnen opbrengstgericht werken
Als je mee wilt met de nieuwste ontwikkelingen binnen het opbrengstgericht werken, moet je ook gaan kijken wat speelt er bij de kinderen en welke manier van leren zouden ze prettig vinden? Om opbrengstgericht werken te vernieuwen en ook de meettechniek te vernieuwen wordt er al vaker gebruik gemaakt van Gamification; dit wilt kort zeggen; het gebruik van games in het onderwijs. Ook hier zijn weer extra leerkrachtvaardigheden voor nodig.




Mijn zegje
Ik heb er extra dit filmpje bijgezet, omdat ik het helemaal eens ben met deze meneer. Wat je veelal ziet bij het opbrengstgericht werken: er wordt veelal gekeken naar het verbeteren van het taal- en rekenonderwijs. Ik denk dat het soms beter is eens vooruit te denken (hierboven beschreven) en niet steeds de nadruk te leggen op de hoofdvakken en de druk op te voeren van presteren. Opbrengstgericht werken is tegenwoordig zo veel meer! Steeds meer ontwikkelingen en handige tools om de opbrengsten van leerlingen in kaart te brengen en te kunnen toetsen; dit gebeurt helaas nog te weinig! Ook hiervoor weer een goede leerkrachten smoes; “Er is geen tijd voor en er moet aangepakt worden, daar waar nodig!”

dinsdag 25 september 2012

Review TPack

Review TPack

Als introductie van het onderwerp, kregen we een filmpje te zien over wat TPack nu eigenlijk inhoud. Na het effectieve filmpje gezien te hebben, wat soms iets te snel ging qua tekst, hebben we kort gediscussieerd over wat TPack nu eigenlijk inhoud.

TPack gaat over het toepassen van pedagogiek, technologie, kennis en didactische vaardigheden en op een manier dat je weet een combinatie hiervan toe te passen in het onderwijs. Hierbij werd het volgende TPack model gepresenteerd:




Na de uitleg van wat TPack nu eigenlijk inhoud gingen we aan de slag met een soort van verwerking van de theorie in een vorm van kaartspel "TPack The Game". Hierbij werd gekeken naar de werkvorm en het pedagogisch en het didactische aspect.

Opdracht 1, kaartje kiezen content, didactisch en ICT. De laatste 2 kies je blind. Daarna bedenk je een les met die 3 elementen.
Ons groepje kwam uit op; Soep maken (content), zelfstandig werken (didactisch) en interactief DIGIbord (ICT). 
Dit hebben we uitgewerkt als;
Leerlingen kiezen individueel een soep, via het Digibord kun je laten zien hoe je het moet bereiden. Hoe snijd je bijvoorbeeld een wortel. Zo speel je tevens in op de verschillende niveaus.

Opdracht 2, je kiest een ICT werkvorm die er beter bij past. Die ruil je in.

Opdracht 3, je kiest een content en trekt een didactische werkvorm blind, daarna ga je kijken hoeveel ICT werkvormen hierbij passen.

Het bespreken van de getrokken kaarten kon wat sneller, om zo deze les beter te laten verlopen. Het verschil tussen de drie opdrachten was minimaal, het maakt het wel erg variabel en afwisselend. Je  zou ervoor kunnen kiezen de drie verschillende opdrachten over de klas/groepjes te verdelen. En erna klassikaal terug te koppelen. Hierdoor verloopt de les sneller. Van de andere kant hadden de drie de opdrachten ook wel een meerwaarde. Je bekijkt elke lessituatie anders. Wat mij ook erg aansprak was dat je aangezet werd tot creativiteit en inzicht; wat zou ik bij een bepaalde les allemaal kunnen gebruiken. 

Mijn conclusie zou zijn het waren goede en leuke ideeën, maar of je voor al die ideeën tijd en de mogelijkheid hebt (bij iedere les) is de vraag...



Review The Game

Review van The Game

The Game is een spel dat wij over twee dagen hebben gespeeld. De eerste dag is het spel echt aangezet tot nadenken, inzichten hebben en discussie voeren over de vragen. De eerste dag hebben we gewerkt met de werkvorm; tweetal werken of maatjeswerk; je leerde op deze manier veel van elkaar.
De tweede dag hebben we met ons Adviesbureau bij elkaar gezeten en de verschillen uitgewerkt met het onderwijs van nu/toekomst en het onderwijs van vroeger (zie de afbeelding hieronder).

Ik vond het een zeer leerzaam spel, waarbij enige kennis en inzicht vereist is. Het spel komt echt tot z’n recht als je dit met een drie- of viertal personen/professionals speelt. Het is belangrijk dat er kennis uitgewisseld wordt van en met elkaar, zodat iedereen meer inzicht krijgt in een bepaald onderdeel/onderwerp van het spel. Het is goed inzetbaar als energizer en zet echt aan tot denken. 

Een nadeel is, dat het spel op de eerste dag vooral gericht was via internet te spelen; ik denk dat dit soms wel eens voor afleiding zou kunnen zorgen, omdat je soms moest wachten op anderen. Een ander minpuntje van het spel met de kaarten met verschillende onderdelen erop, is dat achter op de kaarten alle antwoorden staan en de hele stelling staat uitgeschreven. Ik denk dat dit weggelaten kan worden en dit op een apart kaartje (nakijk kaartje) moet komen. Je bent geneigd dit te lezen en dan is het spel niet tot z’n recht gekomen.

Al met al, zeker een aanrader en toegevoegde waarde bij een Minor les, Tutor of SLB les. Even een keer een aantal zaken terug pakken. Ik denk dat dit zeer effectief werkt en de leerstof door de speelse manier blijft hangen.

Wie ben ik?


Hallo,


Mijn naam is Raoel Teheux. Ik ben 25 jaar en woon in Amstenrade. Ik ben aan mijn vierde en laatste jaar bezig aan de Pabo in Sittard.
Ik loop stage in groep 6/7 op BS de Heyster, te Hoensbroek en houd me o.a. bezig met actief leren en werken met de combinatiegroep (verschillende niveau's).
Ik heb gekozen om me te specialiseren in het oudere kind. Dit, omdat ik vind dat je bij het oudere kind meer afwisseling in de lessen kunt brengen. Ook bevielen mijn stage ervaringen in de bovenbouw mij erg goed.







dinsdag 4 september 2012

Het gebruik van technologie in het onderwijs


Het gebruik van technologie in het onderwijs

Het huidige onderwijssysteem gaat uit van enige ICT kennis en handigheid in het werken met nieuwe media. We zouden de kinderen van nu moeilijker kunnen motiveren, als we niet mee gaan met de technologische ontwikkelingen en het gebruik van nieuwe media in de klas! Technologische ontwikkelingen die je terug ziet zijn het DigiBoard en de iPad (tablet).

Volgens veel onderwijskundigen kunnen kinderen zichzelf vrijwel alles leren, zolang ze maar “connected” zijn met het internet. Dit kan door middel van een iPad en het DigiBoard in de klas. De iPad is een tabletcomputer van het Amerikaanse elektronicabedrijf Apple. De iPad bevat een multi-touchscherm, waardoor deze met de vingers is te bedienen. Er zijn inmiddels al diverse modellen van de iPad verschenen. Verschillende instanties bieden projecten aan, om de kinderen en leerkrachten kennis te laten maken met het gebruik van deze nieuwe technologie binnen het onderwijs. Veel scholen starten pilotprojecten: hele klassen worden uitgerust met een tabletPC.
Het DigiBoard is een digitale versie van het klassieke schoolbord, waarop met krijt wordt geschreven of het Whiteboard, waarop met stift kan worden geschreven.

Er zijn vele voordelen met betrekking tot het inzetten van nieuwe technologie in de klas. Het tablet kan er voor zorgen, dat kinderen binnen enkele ogenblikken allerlei informatie kunnen opzoeken en met elkaar kunnen delen. Het zorgt ervoor dat je altijd in contact kunt staan met alles en iedereen (uitwisselingsprojecten met ander scholen), het is erg handig om aantekeningen mee te maken, meetresultaten zijn snel verwerkt en het maken van podcasts en video’s is geen enkel probleem. Kortom: “Door het steeds groter worden van de wereld” is het een zeer krachtig en effectief leermiddel geworden, dat goed in het huidige onderwijs zal gaan passen.
Het DigiBoard geeft zoveel extra mogelijkheden voor zowel kennisoverdracht als kennisconstructie; dat leeropbrengst niet kan uitblijven.Het is erg praktisch; je kunt zo een filmpje, animatie of afbeelding erbij halen om het te verduidelijken.

Wel is het zo dat het hier gaat om een hele andere vorm van didactiek; het wordt interactiever en technischer. Er zullen dus andere competenties gevraagd worden van vooral de leerkrachten, maar ook de leerlingen. loert er steeds een gevaarte op de hoek; niet alles klopt wat er op internet geschreven staat.

Het aanschaffen van zo’n vernieuwing in het onderwijs is dus absoluut iets waar je als school goed over na moeten denken. Het is niet alleen een flinke uitgave, maar tegelijk moet er ook rekening gehouden worden met de omgang van deze nieuwe technologie; het vereist een hele andere didactiek die aangeboden moet worden. Toch zullen deze vernieuwingen vroeg of laat een gewoonte zijn en zullen we deze technologie eigen moeten maken. Ik vind het goed dat scholen nu al projecten aangaan, waarin deze nieuwe manier van onderwijs geven wordt aangeboden.